Boulimia


Boulimia (officieel boulimia nervosa genoemd) wordt gekenmerkt door eetbuien, waarbij de persoon in korte tijd enorme hoeveelheden voedsel verorbert. Deze buien worden, niet bijzonder elegant, vreetbuien genoemd. De persoon heeft het (onaangename) gevoel deze vreetbui niet in de hand te kunnen houden. Vaak gaat aan de vreetbui een gevoel van spanning, boosheid of droefheid vooraf, die tijdelijk door het vele eten wordt ontlast.

De vreetbui wordt echter meestal gevolgd, door een uitgesproken schuldgevoel, vanwege het verlies aan controle, of omdat de persoon er geen weerstand aan kon bieden. Tijdens de vreetbui wordt zeer veel gegeten, waarbij het gebrek aan variatie in het voedsel opvalt: hele broden worden naar binnen gewerkt, of enkele pakken vla of ijs. Meestal wordt voedsel gegeten dat gemakkelijk te verstouwen is: chocolade of ander snoepgoed, melkproducten, broden en koeken.

Mede omdat de patiënt zich toch al te dik vindt, worden pogingen ondernomen om deze vreetbuien te compenseren. Dit geschiedt in de meeste gevallen door na het (vr)eten, braken op te wekken, maar ook door laxeermiddelen te gebruiken, door overmatige lichamelijke inspanning te leveren (zeer veel sporten, bijvoorbeeld), tijdenlang niet of nauwelijks te eten of plaspillen te slikken. Het braken wordt opgewekt door een vinger in de keel te steken, maar soms kan de persoon braken zonder dit hulpmiddel. Tenslotte is de patiënt met boulimia overmatig met haar lichaamsgewicht en -vorm bezig. Dat wil zeggen, ze vraagt zich voortdurend af, of ze niet te dik is (ze vindt van wel). Patiënten met boulimia kunnen, in tegenstelling tot patiënten die aan anorexia nervosa lijden, wel dikker zijn dan gemiddeld.

 

Achtergrond
Boulimia komt voor bij 1,5% van de bevolking, net als bij anorexia nervosa is het overgrote deel van de patiënten vrouwelijk. Ongeveer 50% herstelt geheel, 30% heeft wisselend herstel en 20% houdt klachten

Aan boulimia worden een purgerende en een niet-purgerende vorm onderscheiden, bij de eerste wordt door de braakreflex op te wekken of door laxantia te gebruiken getracht het teveel aan eten te compenseren. Bij de niet-pugerende vorm wordt dit alleen gedaan door bijvoorbeeld overmatig te gaan sporten.

Het is niet opgehelderd hoe anorexia nervosa en boulimia ontstaan, mede omdat hier nog zeer weinig solide wetenschappelijk onderzoek naar is verricht. Waarschijnlijk spelen, als bij vrijwel alle psychiatrische (en medische) stoornissen, erfelijke factoren een rol, maar hoe groot deze zijn, blijft onduidelijk. Psychologische factoren, zoals problemen met het zelfstandig worden, moeite om controle uit te oefenen en een gebrekkige zelfwaardering, lijken van groot belang voor het ontwikkelen van eetstoornissen.
Daarnaast is het slankheidsideaal van de "westerse" vrouw waarschijnlijk bevorderlijk voor het ontstaan van de aandoening. Inderdaad begint de eetstoornis vaak met een poging gewicht te verliezen om dun te zijn en zodoende waardering van de omgeving te verkrijgen.


Behandeling
De vreetbuien worden door de persoon zelf als abnormaal en onaangenaam gezien en deze zullen gemakkelijker tot ingang voor een behandeling dienen dan het zichzelf te dik vinden bijvoorbeeld.
Patiënten met boulimia hebben baat bij voorlichting over hun aandoening, waarbij het grootste effect wordt gezien wanneer deze wordt gegeven in de aanwezigheid van andere boulimia patiënten. Vreetbuien worden in eerste instantie met gedragstherapie (al dan niet in combinatie met cognitieve therapie) behandeld. Deze is er op gericht de patiënt de vreetbuien af te leren en daarnaast een regelmatig eetpatroon aan te leren. Vaak worden dergelijke therapievormen in groepen gegeven: het helpt enorm de vreetbuien en de daarmee samenhangende schaamte met medepatiënten te bespreken. Dit leidt op zich tot een vermindering van de vreetbuien. Ook kunnen andere vormen van psychotherapie nuttig zijn, afhankelijk van de achtergrond, persoonlijkheid en problemen van de patiënt. Hiernaast kan EMDR ingezet worden om zelfbeeld en zelfwaardering te verbeteren, waardoor de drang tot eetbuien afneemt. Maak hiervoor een afspraak: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken. 

Medicatie
Medicijnen zijn zinvol bij de behandeling van vreetbuien, waarbij deze het verlies aan controle, of preciezer gezegd, de impulsiviteit die met de vreetbuien gepaard gaat, beperken. Verschillende medicijnen zijn onderzocht. Prozac (fluoxetine) is, in een dosis van 60 mg, in Nederland als enig medicijn voor de toepassing bij boulimia geregistreerd. Behandeling met dit middel leidt na enkele weken tot een duidelijke vermindering van het aantal vreetbuien. Of behandeling met medicijnen ook op de lange duur werkzaam blijft en hoe lang moet worden doorbehandeld, is nog niet goed onderzocht. De medicijnbehandeling is een aanvulling op, geen vervanging van de psychotherapie.